Object 5
Gemeente: | Zoutleeuw[deelgemeente] | |
Instelling: | Stadhuis | |
Type object: | gevel | |
Vervaardiger: | Casseloy, J. (architect) | |
Datum: | 1539 | |
Stijl/Cultuurperiode: | renaissance[n] | |
Opschrift: | datering, gebeiteld: 1539 | |
Materiaal: | zandsteen |
Info KIK-IRPA - Brussel
Twee rechtop zittende leeuwen.
Orgelpunt van de bouw van het stadhuis van Zoutleeuw in de eerste helft van de zestiende eeuw was beslist de plaatsing van de pui, in Naamse kalkachtige rotssteen gekapt door de Naamse beeldhouwer Jan Casseloy naar het plan van “de grote Mechelse bouwmeester”, waarmee naar alle waarschijnlijkheid Rombout Keldermans uit Mechelen werd bedoeld (1538 - 1539). De balustrade of het bovenste deel van de pui werd aan weerzijden versierd door twee zittende leeuwen, terwijl eveneens aan beide kanten van de pui een liggende leeuw twee mooi versierde hoekzuilen bekroonde. Bij het begin van de 19de eeuw was niet alleen de in Gubertingersteen opgetrokken voorgevel van het stadhuis zwaar geschilferd, maar ook van het beeldhouwwerk van de pui bleef niet veel meer over dan troosteloze resten. Reeds sinds 1839 had het stadsbestuur, aangespoord door de Commissie voor Monumenten, een dossier voor restauratie bij de bevoegde instanties aanhangig gemaakt, maar het zou tot 10 augustus 1856 duren vooraleer een nieuwe pui geplaatst werd. De resten van de oude pui zouden uiteindelijk grotendeels in het Jubelpark te Brussel belanden. De nieuwe plaatsing betrof echter uitsluitend ruwe arduinblokken uit de steengroeven van de heer Paternotte uit Arquenes bij Nijvel. Ze werden per spoor tot Sint-Truiden werden gebracht en van daaruit door de vrachtvervoerders Coenen naar Zoutleeuw getransporteerd tijdens de maanden juni en juli van datzelfde jaar. Pas in 1910-1911, op het einde van de tweede grote restauratieperiode, zou de pui, opnieuw versierd door architect - beeldhouwer Van Humbeeck met diverse wapenschilden en met vier leeuwen in steen van Écausinnes, een getrouwe kopie van deze van 1538-1539 mogen genoemd worden.
De originele twee zittende leeuwen zouden
uiteindelijk terug in het stadhuis van Zoutleeuw terechtkomen,
waarschijnlijk naar aanleiding van de historische tentoonstelling
rond het thema “Toeristische Maand” in 1968 (wanneer die beelden
precies terug kwamen weet ik niet met zekerheid). Toen dieven,
waarschijnlijk in de nacht van vrijdag 19 op zaterdag 20 februari
1999 drie van de vier leeuwen ontvreemden, stalen ze dus drie
replica’s uit 1910-1911. De diefstal zelf werd pas vastgesteld op
zaterdag 20 februari 1999 bij het openen van het stadhuis voor een
huwelijksplechtigheid. Tevens werd toen gemerkt dat een niet
gestolen zuil onderaan beschadigd was in feite (de verankering had
immers min of meer standgehouden).
Vrij vlug besloten het stadsbestuur
en de Commissie voor Monumenten en Landschappen over te gaan tot het
laten vervaardigen van nieuwe replica’s door een Antwerps
beeldhouwatelier. Aan de hand van foto’s zouden 3 nieuwe beelden
met de hand gekapt worden, nl. twee leeuwen van 100 kg en één zuil
met leeuw van 500 kg. Deze in het oorspronkelijke materiaal perfect
nagemaakte beelden werden op 5 maart 2003 op de pui geplaatst.
Later werd de replica van de liggende leeuw met de arduinen
kolom terug gevonden bij een antiquair, dankzij een tip die de
Vrienden van Zoutleeuw kregen. De gerecupereerde zuil bevindt zich
momenteel in de schouw van de grote inkomhal ("salle des pas perdus").
De twee in 1999 gestolen zittende leeuwen zijn nog steeds spoorloos.
Bronvermelding:
Krantenartikel uit “Het Laatste Nieuws” en “Het Nieuwsblad” van 25 februari 1999 en van 6 maart 2003.
Gysens L. Het stadhuis van Zoutleeuw. Zoutleeuw (Peeters), 1975.
Copyright © Etienne Heeren
Copyright © KIK-IRPA – Brussel
De Vrienden van Zoutleeuw v.z.w.
Home → Vervreemde objecten → Andere stukken vervreemd uit het Leeuws patrimonium → Object 5